Vakanties op Bonaire 1964 -1973

Door: Gerard van Buurt

In 1964  ging ik voor het eerst met vele familieleden naar Bonaire. Mijn oom Edgar B.Joubert had daar de plantage Sta. Barbara gekocht. Een andere oom Joseph E. Joubert (Jos) werkte toen voor hem en woonde aanvankelijk op Sta. Barbara. Wij gingen daar onze vakanties doorbrengen.

Om de 2 jaar had de Niagara een grote dokbeurt bij de CDM (Curaçaosche Dok Maatschappij) en soms kleinere beurten tussendoor. Mijn vader was kassier bij de CDM, hij vertelde dat Yòmbi Marchena dan met een grote boodschappenzak van bruin papier vol bankbiljetten in kleine coupures kwam betalen. Het geld zoals hij dat van zijn passagiers ontvangen had en wellicht al die tijd thuis in een brandkast of misschien zelfs wel onder zijn bed,  bewaard had. Hij moest wel van te voren een afspraak maken, want het koste uren om alles na te tellen. Het geld werd door mijn vader geteld, in het bijzijn van Yòmbi in een gesloten kantoor tezamen met Eduard Stassart en Edgar (Garichi) de Jong, die het beiden natelden. Het waren andere tijden dan nu.

De Niagara werd gebouwd op de Cayman Islands. In 1958 kocht de Hr. Yòmbi Marchena de Niagara in Pensacola, Florida en werd het schip naar Bonaire overgevaren. Het schip werd Niagara genoemd naar een eerder (zeil)schip van de Hr. Marchena. Het vertrok op 20 februari 1958 uit Pensacola en kwam op 27 februari aan op Bonaire. Na enige tijd werd het dak van het bovendek naar achteren verlengd. De Hr. Marchena overleed in 1967 op Curaçao. Hij woonde op Otrabanda. Zijn kist en begrafenis cortêge zijn met de Niagara naar Bonaire overgebracht, waar hij begraven  is. Daarna werd de Hr. Kunchi Makaai kapitein. De Niagara is in 1973, verkocht naar Colombia. Enkele jaren later was er bericht uit Colombia, in de locale kranten, dat de Niagara nabij Baranquilla vergaan was in een tropische storm, en dat er geen overlevenden waren.

Van een kleinzoon van Yòmbi, de Hr. Evanildo Marchena, vernam ik dat zijn vader Nildo Domingo Marchena (een zoon van Yòmbi) hem verteld heeft dat dit niet is wat er werkelijk gebeurd is. Het was een verzonnen verhaal. Zijn vader erfde het bedrijf (A.G. Marchena N.V.). De oudste zoon van Yòmbi, zijn broer Aleco Gregorio Marchena was in de jaren ’50 overleden. Nildo heeft de Niagara verkocht aan Pablo Escobar Gaviria. Hij werd op Curaçao benaderd door Pablo die in die jaren naar het schijnt vrij regelmatig op Curaçao kwam. Blijkbaar kon hij in die jaren nog vrij reizen, was hij toen nog niet beroemd. Hij was niet van plan geweest de Niagara te verkopen want het bedrijf liep goed, maar Pablo bood hem een hele hoge prijs. Formeel werd het schip door de A.G. Marchena N.V verkocht aan een Colombiaanse NV, niet aan Escobar persoonlijk. Nildo moest het geld wel in Colombia komen ophalen. Dit gebeurde in Río Hacha in La Guajira.

Wij gingen enkele malen met de Niagara (NB 175) naar Bonaire. De Niagara was van de heer Yòmbi  (Alejandro Gregorio) Marchena die ook kapitein was. Normaal vertrok het schip op Donderdag om 12.00 uur van de kade op Scharloo en was dan om 17.00 uur op Bonaire, op Zondag ging de reis terug en vertrok de Niagara om 12.00 uit Bonaire en was om 16.00 op Scharloo. Het schip liep 14 knts, had 2 grote Caterpillar diesels in lijn die één schroef aandreven. De reis kostte NAf 15,-, (later werd het Naf 25,-)  en voor NAf 2,50 kon je je fiets meenemen. Veel passagiers werden vooral op de heenweg naar Bonaire zeeziek. Voor deze ongelukkigen waren er plastic kotsbakken aan boord.